woensdag 6 juni 2012

Misbruikt kind in de kou, Artikel in de Spits


Spits dinsdag 5 juni 2012


Hulpverleners hebben tot hun eigen frustratie moeite om adequaat te reageren op kinderen met een licht verstandelijke beperking (LVB) bij wie een vermoeden is van seksueel misbruik. Jaarlijks worden er een paar duizend kinderen met een licht verstandelijke beperking seksueel misbruikt in de eigen omgeving. Dat schat Marjan Boertjes, directeur van het expertisecentrum William Schrikker dat samen met de stichting MEE gisteren een conferentie over dit onderwerp in Den Haag organiseerde.
 
Boertjes: „Waarschijnlijk is dat zelfs een onderdiagnose. Deze groep kinderen is vaak niet direct herkenbaar. Het zijn de kinderen met een IQ van 70-85, die soms op het gewone onderwijs zitten, soms op het speciaal onderwijs. Het is de groep die zich belabonnementen laat aansmeren, gepest wordt, ineens tien leningen heeft afgesloten. Het gaat bij hen mis op vele gebieden.”
Hulpverleners, maar ook bestuurders en ambtenaren geven aan dat het nog veel schort aan adequate hulp voor deze groep. Hulpverleners kampen vaak met een gebrek aan expertise, gevoel van onvermogen, moeite om seksualiteit bespreekbaar bij de kinderen of hun omgeving te maken, of angst om de vertrouwensrelatie met ouders te op het spel te zetten. 
 
De vaak sociaal zwakke kinderen snappen op het gebied van seksualiteit vaak zelf niet wat er precies voorvalt en waar de eigen grenzen liggen, zegt Xavier Moonen, universitair docent Pedagogiek van de UvA. „Ze kunnen moeilijk signalen interpreteren of over seksualiteit praten. Wat ze het ene moment aangeleerd hebben, kunnen ze vervolgens niet op een nieuwe situatie toepassen.”
 
Vaak worden signalen van seksueel misbruik of ongepast seksueel gedrag wel door hulpverleners herkend, maar wordt er bijvoorbeeld geen actie ondernomen. „Bijvoorbeeld een huisarts onderzoekt een LVB-meisje, dat aangeeft dat ze bij haar buik flink geknepen is. Hij beslist dat hij onvoldoende expertise heeft om door te vragen en verwijst door. Pas een jaar later ziet zij een andere deskundige”, vertelt psychologe Harriet Hofstede, die veel hulpverleners traint. „Maar er moet een wil zijn om te weten wat er aan de hand is.” 
 
Een gesprek beginnen over seks blijkt echter ook moeilijk voor de professional zelf. „Het gaat over intimiteit, je diepste zijn. Ik heb vier kinderen, en ik vond het erg moeilijk om er met hen al over te praten”, zei gisteren een hulpverlener. Daar ligt een gapend gat in expertise en kennis, vinden de aanwezigen. 
Leren praten over seksualiteit, op een ontspannen manier, is een sleutelwoord, zowel tussen professionals onderling als richting de kinderen. Om hen vervolgens weerbaar te maken zou binnen het onderwijs veel meer en langdurig seksuele voorlichting gegeven moeten worden aan deze kinderen. 
 
Eigenlijk heeft deze groep levenslange begeleiding nodig om enigszins schadevrij door het leven te komen, aldus Moonen. „Idealiter heeft een kind met LVB, en later volwassene, een netwerk nodig van mensen die hij vertrouwt en bij wie hij om hulp durft en kan vragen als hij het nodig heeft.”


Dit artikel sluit precies aan op wat ik ondervindt en waarom ik denk dat het belangrijk is de openheid over dit onderwerp aan te bieden aan hulpverleners!!!!! 
Niet met een wijzende vinger dat mensen het niet kunnen of het fout doen.. Maar aanreiken hoe er mee om te gaan en de dialoog erover aangaan. Het gaat inderdaad over intimiteit en over je diepste zijn. In de krant zelf staat ook nog benoemd dat de aanwezigen bij dit congres hebben benoemd dat er een gapend gat aan expertise en kennis ligt! 
Het is niet alleen openheid over seksualiteit maar ook openheid in seksueel misbruik. De taboe is er niet voor niets en het is belangrijk om dit met bewustzijn en doelgerichte openheid te benaderen. Ik adviseer een hulpverlener met expertise en kennis van beide kanten!!! Ik wil mij graag inzetten om dit gat te dichten! (wat ik in de praktijk binnen een gerichte functie nog niet doe)